Na het doorworstelen van een onbenullig keuzemenu kreeg ik een triestig liedje voorgeschoteld dat het wachten zou moeten verzachten. Vergeet het maar. Ze hadden er beter aan gedaan te starten met een aantal opties om vandaar te kiezen welke muziek je wil horen, wat een gemiste kans. Eenmaal uitgewacht, wordt je geduld pas echt op de proef gesteld. Welke keuze je ook maakt, je komt terecht in een rumoerig callcenter vol medewerkers die murw gebeukt zijn door (priet)praat van (wan)betalers.
Intrum Justitia.
De grootste der incassobureau’s. Je krijgt een brief en waant je Kafka. Dit wordt vechten tegen een Russische staatsinstelling. Het individu moet wijken voor het systeem dat altijd gelijk heeft. Zelfs als het systeem tekortschiet, dan zijn er geen mogelijkheden diens ongelijk ter verwerken. ‘Computer says no’, aldus Little Brittain.
‘Ja goedemiddag ja’ en ik weet dat het tot tweemaal toevoegen van een bevestiging al teveel van mijn irritatie weggeeft. Dat kan zich in de loop van het gesprek alleen maar tegen me keren, dus dan maar direct open kaart spelen. ‘Enig idee hoe lang ik al in de wacht sta? Ik ben dus geïrriteerd ja’. Weer die bevestiging. Waarvan eigenlijk? Dat het echt een goedemiddag is of dat ik me echt, dus nee niet gelogen, groen en geel zat te ergeren? Godver, mijn ergernis richt zich inmiddels niet alleen tot die eikel maar ook tot mijn gebrek aan zelfbeheersing. ‘Dus voor we verder gaan… What the f..?!’